04-09-2023 · Kris van Loo voor Paardensport Vlaanderen · Cindy De Keuster
Anna Peeters werd dit jaar vice Belgisch kampioene bij de pony’s en junioren en keerde terug van het EK met een bronzen medaille. Jef Peeters won al zilver op het BK scholieren.
Anna en Jef zijn broer en zus. Zij rijdt dressuur, hij springt. De manier waarop ze in het leven staan en met paarden omgaan, is een weerspiegeling van wie ze zijn. Ze houden zich vast aan dezelfde lijn en leggen onderweg andere accenten. De Zadelkamer polste op de vooravond van het nieuwe schooljaar naar hun gelijkenissen en verschillen, en hun gemeenschappelijke liefde voor het paard.
Jij bent aan je laatste schooljaar begonnen Jef. Wat is het volgende?
Jef: 'Verder studeren, al weet ik nog niet wat.'
Anna: 'Ik ga ook verder studeren en heb nog twee jaar om er over na te denken. Ik weet wel dat ik altijd ga blijven paardrijden. Wat ik nog niet weet, is of ik dat beroepshalve wil doen. Volgens mij geeft dat veel stress. Je mag je paarden nog zo goed verzorgen en trainen, je bent nooit zeker over hun gezondheid en fitheid, en dat impliceert veel onzekerheid.'
Jef: 'Voor mij is paardrijden een hobby en dat zal het altijd blijven. Profruiter worden is nooit een optie geweest. Als kleine jongen wilde ik loonwerker worden, ik heb nooit gedacht om ruiter te worden. Mijn zus spreekt over de sportieve onzekerheid, ik denk ook aan de financiële onzekerheid. Op de eerste dag van de maand weet je nooit wat je op de laatste dag gaat verdienen.'
Jullie zijn geboren tussen de paarden. Was het vanzelfsprekend dat jullie zouden paardrijden?
Jef: 'Onze opa had een manege en voor ik het besefte zat ik op een pony. Ik was 4 jaar, denk ik. Mijn opa gaf les en ik reed enkele rondjes mee. Iedereen blij.'
Anna: 'Bij mij heeft het enkele jaren langer geduurd, ik was een jaar of 6 voor ik de smaak te pakken kreeg.'
Jef: 'Jij was bang…'
Anna: 'Niet echt, ik was aanvankelijk minder begeesterd. Ik heb met mijn broer nog gevoetbald.'
Jef: 'Anderhalf seizoen. We verloren altijd. Echt altijd hé! Alsof we bij FC De Kampioenen speelden. Toen was mijn goesting over en kozen we resoluut voor de pony’s. Eerst kregen we les van opa, nadien van papa. Ik herinner me nog mijn eerste wedstrijd. Het was in Zandhoven, papa hield de pony aan de hand en wij moesten over de balkjes stappen en draven.'
En het echte werk?
Jef: 'Vanaf 7 jaar sprong ik al provinciaal. Het was de periode dat we de video’s van papa ontdekten en we hem zagen springen in landenprijzen en wereldbekers. Dat wilde ik dus ook. Wedstrijden, springen en galopperen waren de max. Als mijn vader zei dat ik moest draven terwijl hij met iemand stond te praten, begon ik achter zijn rug te galopperen. Tot ik weer in zijn gezichtsveld kwam (lacht). En ik wilde elke dag springen. Wat natuurlijk niet mocht. In het begin begreep ik dat niet.'
Anna: 'Ik vond paardrijden op zich leuk, dat hoefde niet noodzakelijk op wedstrijd te zijn.'
Jef: 'Tot op vandaag vind ik wedstrijd rijden nog altijd leuker dan thuis rijden.'
Hoe belangrijk zijn de paarden in jullie leven?
Jef: 'Ze zijn een belangrijke leerschool. Paarden hebben ons leren werken. Ze hebben een propere stal nodig en eten en verzorging en training. Je kan dat niet overslaan als je eens geen goesting hebt. Zo brengen ze je discipline en verantwoordelijkheid bij. Eerst zie je hoe je ouders dat doen en dat neem je dan over. Op school zeggen ze ook dat ik een harde werker ben (glimlacht).'
Anna: 'Paarden leren je dat het niet altijd eenvoudig is om iets te bereiken en dat je terzelfdertijd niet mag opgeven. Ze leren je om door te zetten op moeilijke momenten. En dat je meer bereikt door samen te werken. Het draait niet om de ruiter, het draait om de ruiter en zijn paard. Je moet het met twee doen en dat lukt enkel als je rekening houdt met elkaar.'
Jef: 'Van papa leerden we dat het geen zin heeft om boos te worden op je paard als iets niet lukt. Dat werkt enkel contraproductief.'
Waarom koos jij voor dressuur Anna?
Anna: 'Op een gegeven moment stond er thuis een klant met een dressuurpaard. Ik vond dat mooi om naar te kijken. Dat sprak mij aan en ik begon ook met langere beugels te rijden. Ik kreeg video’s van dressuurpony’s en dat fascineerde mij. Mijn ouders hebben vervolgens een dressuurpony gekocht die ook kon springen. Al heb ik dat laatste niet meer gedaan met die pony. Ik had een springpony, kreeg een dressuurpony en reed met allebei wedstrijd. Tot mijn springpony te oud werd en ik me helemaal heb toegelegd op dressuur.'
Jef: 'Enerzijds was dat leuk, zo was er geen discussie meer over wie welke pony mocht rijden. Anderzijds was dat ook een beetje spijtig, want dat betekende dat we niet meer samen op wedstrijden konden gaan. En dat is nog steeds zo. Nu gaat Anna met mama op wedstrijd en ik met papa.'
Hebben jullie idolen in de sport?
Jef: 'Ik was een jaar of 8 wanneer ik in de tribune van Jumping Mechelen Daniel Deusser de wereldbeker zag winnen. Daar was ik toch van onder de indruk. Mijn mama is goed bevriend met zijn vrouw Caroline en zo zag ik Daniel Deusser sporadisch ook in het echt. Hij is mijn voorbeeld.'
Anna: 'Mijn eerste kennismaking met de grote sport was Charlotte Dujardin. Haar zie ik graag rijden.'
Volgen jullie elkaars sportprestaties op de voet?
Jef: 'Ik ben zelfs mee geweest naar het EK van Anna.'
Als groom?
Jef: 'Neen! Enkel om de sfeer een beetje losser te maken (glimlacht).'
Anna: 'Als ik tijd heb, ga ik zeker kijken. Zoals onlangs naar de Stephex Masters. Wij supporteren voor elkaar.'
Jef: 'Als ik kan, ga ik naar mijn zus kijken. Al vind ik dressuur moeilijk om te volgen. En ik snap het niet altijd.'
Anna: 'Het is ook saaier, springen is spectaculairder en begrijpelijker. De spanning van een barrage vind je niet in dressuur. Ik zie graag dressuur, al begrijp ik dat het moeilijk is om te volgen en dan haak je sneller af.'
Jef: 'Met mijn ogen zie ik soms pony’s mooi lopen en dan krijgen die minder punten dan een andere die veel minder mooi door de ring loopt. Ik begrijp die beoordeling niet altijd.'
Hebben jullie veel aan elkaar op wedstrijd?
Jef: 'Mijn zus heeft veel stress op wedstrijd en dat probeer ik te ontmijnen door de situatie te relativeren.'
Anna: 'Jij brengt sfeer in de groep.'
Jef: 'Dat moet ook. Dressuuramazones rijden hun proef en stappen van hun paard in hun camion. Die zijn weg, ze sluiten zich op en je ziet ze niet meer. In jumping gaan alle teamleden samen in één camion zitten. Of wij gaan samen in de tribune of aan tafel zitten. Dat is toch veel gezelliger? Dat probeer ik de dressuurmensen bij te brengen.'
Anna: 'Ze zeggen dat het gezelliger is als jij er bij bent.'
Trainen jullie samen?
Jef: 'We trainen in dezelfde piste en het gebeurt dat ik Anna om tips vraag tijdens mijn dressuurtrainingen. Omgekeerd suggereer ik ook aan Anna dat ze met meer losheid moet gaan wandelen tussen de appelbomen naast de piste. Zij rijdt altijd dressuur in de piste, terwijl een paard ook eens kan genieten van een ontspannen wandeling. En dat doen we nu samen.'
Anna: 'En dan wil Jef altijd sneller gaan. Ik ben dan bang dat mijn paard of pony gaat uitglijden.'
Jef: 'Terwijl ik vind dat gaan wandelen in stap, draf en galop net beter is voor de stabiliteit van het paard. Zo leert het balanceren op elk terrein.Een ander verschil is dat ik maximum drie kwartier rijd met een paard, bij Anna duurt het altijd meer dan een uur. Tot alles tot in de puntjes goed gaat.'
Anna: 'Omdat bij ons zelfs voor de stap punten worden gegeven. Jef is meer “go with the flow,” terwijl ik preciezer ben. Ik let meer op details. Misschien komt dat ook omdat ik meer een stresskip ben. Zeker op het EK, het was mijn laatste bij de pony’s en ik wilde de beste versie van mezelf tonen. Wat (individueel) niet helemaal gelukt is. Daar werk ik aan. Dankzij Paardensport Vlaanderen ga ik naar een sportpsycholoog en krijgen we de kans om stages te lopen, zoals bij Anky van Grunsven. Zo krijgen we veel nieuwe inzichten.'
Jef: 'Ik geef toe dat ik nonchalanter ben. Als onze paarden buiten komen, zie je direct het verschil. Het paard of de pony van Anna ziet er altijd picobello uit, eventjes borstelen volstaat voor mij. Mijn paarden hoeven niet uit een doosje te komen als ze thuis trainen. Ik hou ook van orde en netheid. Mijn probleem is dat ik het nooit netjes kan houden. Ik denk dat ik te veel tegelijk aan mijn hoofd heb.'
Anna: 'Ik ben daar anders in. Ik heb alles graag netjes op orde en wil goed voorbereid zijn. Dat is op school niet anders dan met de paarden.'
Jef: 'Dat zou mij dan te veel stress geven. Dan begin ik te veel na te denken. Nu, voor een belangrijke wedstrijd ervaar ik ook stress hoor. Ik laat dat enkel niet merken.'
Anna: 'Voor examens heb ik ook stress. Dan denk ik altijd dat ik de leerstof niet ken.'
Jef: 'En komt ze thuis en vreest ze voor een dikke buis. Dan blijkt dat ze nog 70% behaald heeft. Ik kom thuis en zeg dat het goed geweest is, terwijl ik op het nippertje 50% gekregen heb.'
Anna: 'Op wedstrijd is het verschil ook dat Jef op anderhalve minuut klaar is met zijn parcours. In jumping gaat het razendsnel. Terwijl ik vijf minuten onderweg ben. Dan heb je meer tijd om na te denken.'
Jef: 'Ik herken die stress bij mijn zus. Ik heb al geprobeerd om haar daar van af te helpen. Het is mij nog niet gelukt. Jammer, want ze geniet te weinig.'
Anna: 'Dat klopt wel.'
Jef won tot nu één BK medaille, Anna won er drie op rij en daar komt nu ook een EK medaille bij?
Anna: 'Ja, maar in jumping is er meer concurrentie.'
Jef: 'Mijn zus is te bescheiden. Ongeacht de concurrentie, je moet het toch maar doen. Anna rijdt ook beter. Haar paarden zijn beter afgericht.'
Anna: 'Ik zou niet kunnen wat jij doet. Om zo hoog te springen, moet je paard goed gehoorzamen.'
Jef: 'Ik ben tevreden als ik foutloos aan de meet kom, ongeacht hoe ik dat gefikst heb. In dressuur volstaat het niet om een foutloze proef te rijden. Het kan altijd beter en daarom is mijn zus zelden tot nooit tevreden. Ik vind dat jammer voor haar. Je moet toch eens tevreden zijn en genieten van je rit?'
Anna: 'Ik zoek steeds de fout en analyseer hoe het beter kan.'
Jef: 'Mijn zus legt de lat altijd te hoog.'
Anna: 'Mijn lesgever Wim Verwimp en Jorinde wijzen me daar ook op. Ik besef het wel, in dressuur streef je naar perfectie, maar perfectie bestaat niet.'